De onderhandelaars in de Wetstraat lijken nu het goede ritme gevonden te hebben en mogelijk hebben we voor het einde van het jaar toch een regering.
Welke gevolgen dit voor het gezondheidsbeleid zal hebben zal pas later duidelijk worden. Wat we nu wel al weten is dat de werkgroep Bevolkingsonderzoek –en dan begeven we ons op Vlaams niveau- een gunstig advies heeft gegeven aan Minister Jo Vandeurzen over het dikkedarmkanker-pilootproject.
Hij zal nu samen met de Vlaamse regering moeten beslissen wanneer er al dan niet een algemeen bevolkingsonderzoek voor het vroegtijdig opsporen van darmkanker komt.
Wat men een beetje uit het oog verloren heeft is dat de bijna 20.000 personen die deelnamen aan het pilootproject een beetje aan hun lot worden over gelaten. Er is immers, zoals eigenlijk hoort, geen nieuwe reeks iFOB-testen gepland voor de inwoners van Borgerhout, Schilde en Vosselaar. Alle internationale richtlijnen voorzien dergelijk onderzoek van de ontlasting om de twee jaar. Het pilootproject voorzag enkel in een zgn. “eerste ronde”. Nu twee jaar later zijn er heel wat mensen die bij hun huisarts gaan vragen of ze niet opnieuw moeten worden getest…terechte vraag overigens !
Gelukkig beschikken de huisartsen sedert 1 april over de mogelijkheid om in het kader van het GMD-plus dossier toch verder werk te maken van dergelijk onderzoek van de ontlasting. Je zou dus denken waar zit dan het probleem, de huisarts kan het immers keurig over nemen. Of dit reeds op grote schaal gebeurt is me niet duidelijk.
Als je achter de schermen gaat kijken van wat er dan precies met zo’n staaltje ontlasting gebeurt, kom je toch tot merkwaardige vaststellingen. Zelf heb ik een enquête gehouden bij 17 Vlaamse laboratoria die dergelijk onderzoek van de stoelgang verrichten. Diegene die het pilootproject van nabij gevolgd hebben weten dat alle stalen onderzocht werden in één welbepaald labo waar een speciaal toestel een kwantitatieve analyse uitvoerde. Er werd m.a.w. exact gemeten hoeveel “occult” globine (bloed afkomstig uit het colon) in de stoelgang aanwezig was. De kwalitatieve (zelf)-testen werden door de overheid, en meerdere leden van de werkgroep als onbetrouwbaar en “te commercieel” afgeschreven. Zij mogen zeker niet gebruikt worden… Dat die testen het “keurmerk” hebben van de FDA, de Europese Commissie (EC) en de Duitse TUV is kennelijk bijzaak
Wat blijkt nu uit de mini-enquête…. In Vlaanderen wordt op dit ogenblik nergens nog een kwantitatieve test verricht. Het toestel is terug naar Japan en in meerdere labo’s koopt men zelf de kwalitatieve “zelf-test” en voert een laborante dit “poepsimpele” onderzoek uit. Ingewikkelde apparatuur komt er helemaal niet aan te pas. Waarom zou de huisarts dit niet mogen of kunnen doen… Of zelfs de patiënt zelf ?! Laat ons wat meer duidelijkheid scheppen a.u.b.
Misschien moet men ook maar eens werk maken van een specifieke nomenclatuur voor de iFOB-test, want dat maakt de zaak zeker niet eenvoudiger op dit ogenblik. Andere labo’s vinden die iFOB-test maar niks en gebruiken nog steeds de guaiac-test (de test met de kaartjes), want die “iFOB-test is veel te commercieel en heeft nog niets bewezen” …
Ik heb de resultaten van deze enquëte reeds tweemaal voorgesteld. Telkens voor een breed publiek van huisartsen, waar ook mensen van de overheid aanwezig waren… Reactie ? Geen reactie…
Of toch, ongeloof en zelfs onbegrip. En ere wie ere toekomt, Pat Wyffels, reeds jarenlang als huisarts actief betrokken bij het vroegtijdig opsporen van darmkanker reageerde wel en wenst ook verdere discussie omtrent deze problematiek. Niet te verwonderen, want hij is een strijder van het eerste uur. Reeds jarenlang voert hij testen uit in zijn eigen groepspraktijk, hij is één van de drie auteurs van de richtlijnen van Domus Medica en maakte samen met zijn praktijkcollega’s zelf een gezondheidsgids.We hebben beloofd om samen te werken….”Samen sterk tegen darmkanker”, geen woorden maar daden.
En als het moet laten we zelf de klokken luiden….